Papas-Papas-Papas!
Met Cruz del Sur scheeurden we in rap tempo over de Panamericana en kwamen we rond 06:30 ´s ochtends aan in de stad Huaraz. We waren al gewaarschuwd dat er in en buiten de busterminal vervelende en ´op je geld uitzijnende´ taxichauffeurs zouden staan die je gratis naar een K-hostel zouden brengen. Ons hostel had de service om haar gasten van de busterminal op te halen en bij aankomst belden we direct het hostel. Lucy en 5 minuten werd er vluchtig gezegd en voor we het wisten was er al opgehangen. Na 5 minuten liepen we richting de uitgang van de kleine terminal en werd er luidruchtig, ´taxi´ geroepen. Nou zijn we dit inmiddels gewend, dat als je buiten komt je je als een popster op de rode loper voelt, maar toch. Ook was er één man die riep ´Caroline lodging´ de naam van ons hostel. Argwanend liepen we met de man mee, die voorstelde om te gaan lopen. Halverwege begon hij vragen te stellen die de echte man van het hostel al wist zoals onze naam en waar we vandaan kwamen. Nog veel argwanender vroegen wij of hij echt voor het hostel werkte waarop hij antwoorde ´no problema, no problema´. Wij vonden het wel een problema en toen we omkeken nadat hij even had stilgestaan en wij doorliepen was hij ineens verdwenen en stonden we daar. Uiteindelijk toch nog een taxi gepakt na wat rondgelopen te hebben aangezien het hostel een beetje verstopt zat. De echte man van ons hostel stond op ons te wachten en vertelde dat hij ons niet kon vinden bij de terminal. Gelukkig konden we meteen onze kamer in en zijn we eerst nog wat gaan slapen.
De stad Huaraz is lelijk met een hoofdletter L. Grijs, nat en vol met toeristenoplichters. Aangezien je in Huaraz over het algemeen komt om te hiken en Luc dat niet echt kan doen met zijn voeten (ookal gaat het wel goed, hoor), was onze eerste ontmoeting met onze nieuwe verblijfplaats voor 3 nachten niet echt wat je zegt als een paradijsje. Na een erg onopbeurend gesprekje met Rex, die sinds anderhalf jaar in Huaraz werkt, hadden we een stevige borrel nodig en gingen we op zoek naar een lekker plekje om even te ontspannen. Rex vertelde namelijk dat we niet korter konden blijven (reserveertechnisch) en was nou niet wat je zegt enthousiast over zijn werkplek, Huaraz (afgezien van de hikes). Eénmaal op pad kwamen we naast de hoofdstraat het California Café tegen, waar we verbazingwekkend (letterlijk en figuurlijk) ons eigen broodje konden samenstellen voor casi nada (bijna niets). Na een heerlijk broodje te hebben gegeten werden we wederom verbaasd. Guido, die ons ietwat negatief over Huaraz hoorden praten, kwam bij ons zitten en deed ons al snel een voorstel. Even voor de goede orde; Guido woont en werkt al 4 jaar in Huaraz aan ecotoeristische projecten met de locals en heeft gedurende een jaar tegenover onze flat in de Comeniusstraat in Amsterdam gewoond (hoe verbazingwekkend is dat)! Met het enthousiasme van Merijn (die altijd enthousiast over Portugal, etc. verteld) overtuigde Guido ons om een leuke tijd te hebben in Huaraz. Eigenlijk in een dorpje net buiten Huaraz, waar hij een gaaf project had lopen. Op dat moment denk je dat het zo had moeten zijn, toch?
Entonces, de volgende dag hebben we lekker geluierd, wat geînternet, de was gedaan, weer bij het California Café geluncht en Mission Imposible III gekeken. Op 1 april, was het dan zover. Ons bezoek aan het dorpje Vicos kon beginnen. Het project dat we gekozen hadden, is een project waarbij je bij een familie in een dorpje woont en zij maken jou deel van hun dagelijks leven en hun gewoontes. Zo werden wij met een busje naar het dorpje Vicos gereden alwaar we eerst een rondleiding kregen in het Museo del Abuelos van Djon, de zoon van de familie waarbij wij zouden verblijven. Hier werd veel over de geschiedenis van het dorp verteld en werden gebruiken, en belangrijke data aan ons gemeld. Zo was er bijvoorbeeld een foto met de bevolking erop afgebeeld uit 1611 die later uit 1950 bleek te zijn, grappig hè. Daarna namen we een taxi tot ons huisje dat nog weer een stuk hoger in de bergen lag. Samen met Djon liepen we richting het huisje dat er van buitenaf schattig uitzag. We hadden een eigen kamer in het huis dat zelf een tweede verdieping had (heel speciaal voor in het dorp). Totdat zijn ouders naar het huisje zouden komen zou Djon ons enkele kruiden in de tuin laten zien, waaronder verse munt (twee soorten), dille, rozemarijn, cedron en zelfs verse manzanilla. We vervolgde onze ontdekkingstocht naar het maisveld, waar ook grote calabassen groeide. De stengel van de maisplant word hier genuttigd als refresco; het sap is heerlijk verfrissend en daarna spuug je de massa als een vieze vent op de grond, heerlijk.
Na niet al te lange tijd kwam moeder Fagusta ons ook bezoeken en was het tijd om brood te gaan bakken. Samen met Djon kneedde Luc het brood tot een mooie massa en was het tijd voor de vrouwen (Lucy, Fagusta en de buurvrouw) om de broodjes te vormen. De oven hadden Luc en Djon al aangestoken en de temperatuur werd even getest met een jong maiskolfje. Lekker goudgeel en dus klaar voor de 50 broodjes die klaargemaakt konden worden. Zelf hadden we er enkele met kerven erin gemaakt en geprobeerd om zout en rozemarijn toe te voegen op enkele broodjes. Deze 50 broodjes zijn voor eigen gebruik en gaan over het algemeen 3 á 4 dagen mee, dan zijn ze op. Na een halve dag waren de broodjes al keihard, maar dat maakt ze hier niet uit, de broodjes worden als een soort koekjes bij ons bij de thee gegeten (gedipt welteverstaan). Rond het eind van de middag kwam vader Julio ook thuis van een dag hard op het land werken en ook hij kon lekker een vers broodje bij zijn thee proberen. Gelukkig werden de broodjes goedgekeurd en wachtten we samen tot de avond zou vallen. Die avond was het behoorlijk fris en hadden wij het geluk dat in onze kamer een openhaard stond. Julio stak hem voor ons aan en samen sliepen we in een éénpersoons bedje om elkaar warm te houden, want het was écht koud.
´s Morgens vroeg om 07:00 uur werden we geroepen voor het ontbijt. Aardappels met rijst en tuinbonen, uiteraard vergezeld met een kopje thee met een broodje. Na het ontbijt kwam Pedro, one gids voor die dag, aangelopen en kon onze tocht door de bergen beginnen. Pedro vertelde ons over de mensen, het land, de geschiedenis, gewoontes etc. Onderweg wilde Pedro ook van alles over ons weten en vroeg hij bijvoorbeeld waar we vandaan kwamen. Wij antwoorden uiteraard met Holanda, waarop Pedro zei: ´ah, Si el pais de Guido´, oftwel Guidoland. Toen we tot (voor dat moment) het hoogste punt waren gelopen, daalden we een klein stukje en zagen we het aardappelveld van Julio liggen. Julio was die ochtend voor ons uitgelopen en had al flink lopen ploegen op zijn land. Hij verbouwd zelf 130 verschillende soorten en heeft meerdere aardappeldiploma´s behaald. Samen met Pedro werkten ze voor een tijdje verder en het was onze taak om de aardappels in de zak te verzamelen. Nadat zij even rust namen speelden wij het nog het bloemen-rivier-wedstrijdje waarbij Lucy uiteraard weer won. Daarna liepen we met Pedro nog een stukje verder en liet hij ons enkele cuevas (grotten) zien van de Pre-Inca´s die daar vroeger leefden. Ook vonden we er meerdere botten en zelfs een gedeeltelijk intact gebit (zie foto). Toen de wolken een bedreiging voor het mooie weer begonnen te vormen keerden we terug naar ons huis, waar de lunch (tweede lunch, Pedro had ook lunch meegenomen) al klaar stond, met thee en brood uiteraard.
Na de lunch was het dan zover en gingen we naar het andere huisje dat hun bezaten en iets lager op de heuvel lag. Bij aankomst ontmoette we eerst dochter Blanca die alleen maar kookt. Zodra ze opstaat maakt ze ontbijt voor iedereen, hierna gaat ze direct beginnen met de lunch en daarna het avondeten. Aangezien iedereen in Vicos ron 20:30 uur naar bed gaat is dan net het eten op en kan Blanca de dag erna weer opnieuw beginnen met aardappels schillen en snijden. Dit leek haar totaal niet te storen echter. Ze was constant vrolijk en lachte erg veel, vooral om ons. Er was een groep van ongeveer 10 mannen die bezig waren in het dorp om voorzieningen voor drinkwater aan te leggen. Blanca maakte dus naast het hele gezin en wat buren, tantes, neefjes etc. Ook drie maaltijden per dag voor deze groep. Hiermee mochten wij dan ook helpen. We namen plaats op een steen met een kleedje erover in een ´keuken´ met 5 katten, 2 honden en heel wat kippen. Ze hadden ontzettend veel emmers en plastic bakjes om van alles en nog wat in te bewaren of om uit te eten. We kregen twee van deze bakken voor onze neus en konden beginnen met schillen. We deden dit voorovergebogen naar de grond met een ontzettend bot mes en omdat wij verwende Hollanders alleen gewend zijn om aardappels met een dunschiller te schillen ging het een beetje moeilijk wat voor erg veel plezier bij de locals zorgden. Toen Lucy de eerst aardappel door midden probeerden te snijden begon een oudere vrouw die alleen Quechua sprak erg hard te lachen, maar kon niet vertellen waarom. Wij vonden het alleen maar leuk en gingen op onze manier verder om de grote zak aardappelen leeg te krijgen. Af en toe liep iedereen ineens weg en moest Lucy bij de pan blijven om het in de gaten te houden, zodat het vuur niet uit zou gaan. Het was sowieso erg grappig om te merken dat hier in Vicos de ouderwetse verdeling van taken nog goed te zien is. Lucy werd voor alle ´huishoudelijke´ taken gevraagd en Luc voor de echte mannen-dingen.
Na ongeveer 4,5 uur aardappels geschild, gesneden en gebakken te hebben was het eten dan uiteindelijk klaar en smaakte het erg goed. Er was voor iedereen een uitgeholde calabas als kom met rijst, papas fritas met ui en tomaat. Uiteraard kregen wij eerst, dan alle mannen (ongeveer 2 keer zoveel als ons met als extra een soort groene-bonen-prutje voor extra kracht) en daarna de oudere vrouwen. Fagusta vroeg ons of wij nog meer wilden en keek heel vreemd op toen Luc zij dat hij pas wilde nadat zijzelf en Blanca ook wat genomen hadden. Nadat onze kom voor de tweede keer leeg was kregen we uiteraard weer brood en bleek dat er nog vis en een bak met bonen en nog iets was. Na het eten mochten we niet helpen ´afwassen´ en nam Julio ons mee naar het andere huis waar we snel tegen elkaar aan kropen in bed tegen de kou.
De laatste dag in Vicos werden we weer rond 07:00 uur gewekt en ditmaal werd het ontbijt in het andere huis geserveerd. Uiteraard had Blanca alweer een hele tijl aardappels geschild en gesneden toen wij eens aan kwamen kakken om 07:30 uur maar ze maakte snel een gefrituurd ei voor ons klaar welke ze in een broodje stopte. Wij waren blij verrast en zaten na dit broodje wel vol, maar nee hoor, dit was nog niet alles. Hierna kregen we een bord soep (vooral zout water met wat groentjes erin) en hierna nog een hele kom met een soort hele krieltjes. Deze at je dan in zijn geheel als droge aardappel op. Na een paar aardappels en een gedeelte van de soep terug in de pan gegooid te hebben vonden we dat we konden zeggen dat we echt vol zaten en niet meer konden. Hierna Blanca nog eventjes geassisteerd met haar dagtaak (aardappels schillen, ditmaal voor de lunch) en toen namen Julio en Fagusta ons mee naar de varkens. Er was één van de varkens ziek en Fagusta maakte één of ander middel voor haar in een lege plastic fles. De varkens stonden niet ver en na een klein beekje over gestoken te zijn probeerden ze met man en macht iets van het mengsel bij het varken binnen te krijgen. Dit ging natuurlijk gepaard met een hoop geschreeuw en verzet van het varken, maar lukte uiteindelijk wel. Het is fantastisch om te zien dat deze mensen in dit soort dingen zo handig , snel en kundig zijn en wij er echt als leken bij staan. Alle varkens en biggetjes moesten meegenomen worden naar het huis om daar eten te krijgen. Aangezien de biggetjes niet over het beekje kunnen lopen werden eerst de grote varkens daarheen gestuurd en renden Julio en Fagusta achter de biggen aan om ze te vangen. Beide liepen ze met twee biggen per hand over het beekje. De beesten schreeuwden het uit en waren doodsbang, maar zodra ze hun moeder zagen liepen ze vrolijk door alsof er niks aan de hand was.
Terug bij het huis waren de andere twee mensen, die hetzelfde bezoek bij een andere familie deden, inmiddels al aangekomen en liepen we met z´n allen door naar het huis waar wij sliepen. Het bleek dat ons huis toch wat luxer was als die van hun familie. Waar wij geluk mee hadden is dat wij echt bij de mensen in huis sliepen (alleen een eigen kamer) want de andere huisjes in het dorp hadden allemaal een apart huisje voor de toeristen. We werden verwelkomt door twee oudere mannen die muziek maakten op een trommel en een fluit. Bij het huis waren ongeveer 6 mannen en vrouwen allemaal in traditionele kleding gekleed voor de Pachamanca. Dit is een gebruik van hun tijdens feestdagen of met bijzondere bezoekers. De oven werd snel aangestoken en wij werden eerst nog op pad gestuurd met Pedro om artesania´s te bekijken, echter bleek de man van de artesania niet thuis te zijn. Na wat van het uitzicht genoten te hebben liepen we langzaam terug naar het huis en na nog wat gewacht te hebben was het dan eindelijk zover. We moesten met z´n vieren binnen in het huis plaatsnemen aan tafel en kregen een bak met allemaal verschillende aardappelen uit de oven en een stukje kip en beef in maisbladeren gewikkeld als bescherming. Het vlees had de hele nacht gemarineerd in een erg scherpe marinade waardoor Lucy niet veel vlees gegeten heeft, maar het was erg bijzonder om mee te maken. Het was overduidelijk dat het misschien nog wel een groter feest voor hun was als voor ons want er werd veel gelachen en gegeten. We konden ons wel voorstellen dat het heel bijzonder moet zijn om vlees te eten als je dat normaal nooit eet, alleen maar aardappels, groentes en af en toe wat rijst. Na het eten begonnen de twee mannen weer muziek te spelen buiten en gingen we dansen. Wij dus allebei met een oude man en vrouw gedanst maar was erg leuk. Rond 15:30 uur was de lucht wederom erg dreigend en er werd voorgesteld om snel naar beneden naar het centrum van het dorpje te lopen voordat het begon te regenen. Bijna alle mannen liepen mee en wilden van alles voor ons dragen. In het centrumpje een taxi en daarna een bus terug naar Huaraz gepakt onder begeleiding van Julio. We zijn direct naar een fotozaakje gelopen en hebben een aantal foto´s voor Julio en Fagusta laten ontwikkelen. Na even op internet geweest te zijn en de foto´s opgehaald te hebben liepen we naar het California café waar we met Guido hadden afgesproken voor een Nederlands dineetje. Dit was met twee Nederlandse meiden die in Huaraz stage lopen en een Nederlands, Peruaans koppel die na 5 jaar in Nederland gewoond te hebben nu een hotel in Huaraz hebben. Het bleek dat deze jongen ook gestudeerd heeft in Leeuwarden dus dat was heel toevallig en leuk om over te kletsen. Tien minuten voordat onze bus naar Trujillo zou vertrekken snel een taxi aangehouden en soepeltjes door de bocht kwamen we precies op tijd voor een nachtje in de bus.
Reacties
Reacties
Heej aardappelschillers!
Hier eten wij een hoop eieren en daar doen jullie dat met aardappels ; )
Het schillen gaat alleen bij ons wat sneller!!!
Veel plezier weer!
Groetjes, Dorien en Merijn
Persoonlijke indruk: Van alle verhalen die ik van jullie gelezen lijkt mij dit het meest indrukwekkende omdat deze ervaring juist zo eenvoudig en puur is. Dit is echt een land en volk leren kennen als bewoner en niet als toerist, hoewel jullie dat natuurlijk wel zijn. Ik ben best jaloers want ik verwacht niet dat wij iets dergelijks meemaken in Peru.
Jullie pakken echt heel Peru!
Nog veel reisplezier.
Het maakt ook niet uit waar je ter wereld komt he! Oplichters en vervelende taxichauffeurs die heb je echt overal!
En moet jullie toch meegeven dat ik het erg knap vind dat jullie telkens van die lange verhalen schrijven. Bij mij voelde de website bijhouden op een gegeven moment als een standaard dag ritueel, waar ik soms ook echt geen zin in had. Maar je wil natuurlijk ook dat iedereen je verhalen kan lezen!
Wat een geweldige ervaring om een paar dagen met de bevolking op te trekken!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}